Categorieën
Nieuws

Er zijn 4 vormen van diabetes type 2

Er zijn 4 vormen van diabetes type 2

Diabetes type 2

Diabetes type 2 wordt ook wel suikerziekte genoemd. Hierbij reageert het lichaam niet meer zo goed op insuline waardoor je suikergehalte in je bloed te hoog wordt.  Hierbij kun je 4 verschillende vormen onderscheiden. Iedere vorm heeft significant verschillende kenmerken, ziekteprogressie en risico’s op complicaties. Dat blijkt uit Zweeds onderzoek onder ruim 13.000 nieuw gediagnostiseerde patiënten, gepubliceerd in The Lancet Diabetes & Endocrinology.

Paradigmashift

De onderzoekers spreken van een paradigmashift in de diagnose van diabetes. Initiatiefnemer prof. Leif Groop, hoogleraar diabetes en endocrinologie van Lund University: ‘Dit is de eerste stap in de richting van een gepersonaliseerde behandeling van diabetes. Deze nieuwe indeling kan uiteindelijk helpen om behandelingen specifieker af te stemmen op de vorm van de diabetes, om zo de kans op complicaties te verkleinen.’

Meer dan alleen bloedglucosegehalte

Volgens de onderzoekers is de huidige indeling van diabetes onvoldoende en niet geschikt om toekomstige complicaties te voorspellen of een behandeling op te baseren. Momenteel wordt de diagnose gesteld door het bloedglucosegehalte te meten. Een preciezere diagnose kan worden gesteld door ook andere factoren mee te nemen, zoals de productie van insuline, de mate van insulineresistentie, de aanwezigheid van bepaalde antistoffen (glutamaatdecarboxylase, GABA) en de BMI.

In totaal 5 groepen diabetes

In het onderzoek zijn in totaal 5 groepen diabetes geïdentificeerd: naast de 4 vormen van diabetes type 2 is er ook een groep waaronder diabetes type 1 valt. De 5 groepen zijn:

Groep 1: ernstige autoimmuun diabetes (severe autoimmune diabetes, SAID)

Deze vorm komt overeen met diabetes type 1 en hieronder valt ook een auto-immuunvorm die op latere leeftijd ontstaat (latent autoimmune diabetes in adults, LADA). Het ontstaat op jonge leeftijd en gaat vaak gepaard met slechte metabole controle, verminderde productie van insuline en aanwezigheid van zogenoemde GADA-antistoffen.

Groep 2: ernstige insuline-deficiënte diabetes (severe insulin-deficient diabetes, SIDD)

Deze vorm komt voor bij relatief niet te zware en vaak jonge mensen, maar is geen auto-immuunziekte. Deze vorm gaat vaak gepaard met een hoog HbA1c, verminderde productie van insuline en matige insulineresistentie. Er is een hoge incidentie van retinopathy.

Groep 3: ernstige insuline-resistente diabetes (severe insulin-resistant diabetes, SIRD)

Deze vorm kenmerkt zich door een combinatie van overgewicht en ernstige insulineresistentie. Er is een hoge incidentie van nierschade.

Groep 4: milde obesitas-gerelateerde diabetes (mild obesity-related diabetes, MOD)

Dit is een milde vorm die op relatief jonge leeftijd ontstaat bij mensen met obesitas. Deze vorm is over het algemeen goed te behandelen is met metformine en leefstijladvies.

Groep 5: milde leeftijdsgerelateerde diabetes (mild age-related diabetes, MARD)

Kenmerken: dit is de meest voorkomende vorm van diabetes (40%), die op oudere leeftijd ontstaat. Deze is over het algemeen goed te behandelen is met metformine en leefstijladvies.

Doorlopende studie

De nieuwe indeling blijkt ook goed overeen te komen met gegevens van diabetespatiënten uit 3 andere studies uit Zweden en Finland. Overigens is de studie nog niet afgerond: de onderzoekers blijven gegevens van nieuwe patiënten aan het bestand toevoegen.  In de toekomst zijn de onderzoekers van plan om vergelijkbare studies uit te voeren bij mensen met andere etnische achtergronden, zoals in China en India.

Bron: Nieuws voor diëtisten

Afspraak maken

Categorieën
Nieuws

Mensen met overgewicht en obesitas: veel jaren hartproblemen

 
Mensen met obesitas of overgewicht hebben een significant verhoogd risico op chronische hart- en vaatziekten, vergeleken met mensen met een normaal gewicht. Obesitas leidt tot een lagere levensverwachting en een flink aantal levensjaren met hartziekten. Overgewicht leidt niet tot een lagere levensverwachting, maar mensen met overgewicht maken wel meer levensjaren door met een chronische hartziekte.

Levensduur
Overgewicht bij mannen zorgt dat hart- en vaatziekten gemiddeld 7,5 jaar eerder optreden dan bij mannen met een gezond BMI. Bij vrouwen is dit 7,1 jaar. Mensen met een normale BMI leven gemiddeld 5,6 jaar (mannen) en 2 jaar (vrouwen) langer dan mensen met obesitas.

Populatieonderzoek
In de studie werden de gegevens gebruikt uit 10 grote Amerikaanse cohortstudies, met in totaal ruim 190.000 deelnemers. Alle deelnemers hadden geen hart- en vaatziekten bij de aanvang van de studie. De leeftijd varieerde van 20 tot 79 jaar bij aanvang. De gemiddelde leeftijd was 49 voor mannen en 59 voor vrouwen.

Bron: Nieuws voor diëtisten

Categorieën
Nieuws

Wat is beter: vetbeperkt of koolhydraatbeperkt dieet?


Of mensen met overgewicht een vetbeperkt dieet volgen of een koolhydraatbeperkt dieet, maakt niet uit voor het effect. Er is geen significant verschil in gewichtsverlies tussen beide diëten. Dat concluderen onderzoekers van Stanford University op basis van een gerandomiseerde klinische studie (RCT) bij 609 mensen met overgewicht. De resultaten van deze zogenoemde DIETFITS-studie zijn gepubliceerd in JAMA.

45 procent vet of 48 procent koolhydraten
In het onderzoek is een vetbeperkt dieet (29 procent vet, 48 procent koolhydraten en 21 procent eiwit) vergeleken met een koolhydraatbeperkt dieet (45 procent vet, 30 procent koolhydraten en 23 procent eiwit). Na een jaar was de vetbeperkt-groep 5,3 kg afgevallen en de koolhydraatbeperkt-groep 6,0 kg. Het verschil was echter niet statistisch significant.

‘Kies onbewerkt’
Hoofdonderzoeker prof. Christopher Gardner verklaart de vergelijkbare werking door de overeenkomsten tussen beide diëten. Zo kregen alle deelnemers het advies om naar de markt te gaan en geen sterk bewerkte kant-en klaarproducten te kopen. Gardner: ‘De hoofdboodschap uit de studie is misschien wel dat de fundamentele strategie voor gewichtsverlies bij beide diëten hetzelfde is: eet minder suiker, minder geraffineerde koolhydraten, zoveel mogelijk groenten en kies voor onbewerkte voedingsmiddelen.’

Genen en insuline
De onderzoekers hebben ook gekeken naar de invloed van insulineproductie en genen van het koolhydraat- en vetmetabolisme. Het idee daarachter is dat het persoonsafhankelijk kan zijn welk dieet het beste werkt. Ook daarbij zijn echter geen verschillen in werkzaamheid tussen beide diëten gevonden.

Bron: Nieuws voor diëtisten

Categorieën
Nieuws

Onderzoek naar voedingsadvies na bariatrische chirurgie

Onderzoek naar voedingsadvies na bariatrische chirurgie

Bariatrische chirurgie

Bariatrische chirurgie is een verzamelnaam voor alle operaties die het doel hebben om mensen met ernstig overgewicht gewicht te laten verliezen. Het verandert of onderbreekt het spijsverteringsproces zodat het voedsel niet zoals normaal wordt opgesplitst en geabsorbeerd.

Na bariatrische chirurgie hebben patiënten een verhoogd risico op tekorten aan micronutriënten. Onderzoekers en chirurgen van Vitalys (kliniek voor bariatrische chirurgie en onderdeel van Rijnstate ziekenhuis), Ziekenhuis Gelderse Vallei en Wageningen University & Research gaan onderzoeken of een voedingsadvies op maat de kwaliteit van de voeding kan verbeteren. Momenteel ontvangen patiënten een algemeen voedingsadvies.

Eetscore en NutriProfiel

In het onderzoek wordt eerst de voedingskwaliteit onderzocht bij morbide obese patiënten die bij Vitalys een bariatrische operatie ondergaan. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de Eetscore, een door Wageningen University & Research ontwikkelde voedingsvragenlijst. Vervolgens wordt ook de relatie tussen de kwaliteit van voeding en bloedwaarden van vitamines onderzocht. Dit wordt uitgevoerd door NutriProfiel, het kenniscentrum vitamines en voeding van Alliantie Voeding in de Zorg. Door de koppeling van Eetscore en NutriProfiel kunnen de patiënten gerichte voedingsadviezen krijgen en beter ondersteund worden om de adviezen ook in de praktijk te brengen.

Gastric bypass en gastric sleeve

Bij patiënten met morbide obesitas worden vooral de gastric bypass (hierbij wordt de maag verkleind en de darmen gedeeltelijk omgeleid) en gastric sleeve (hierbij wordt een groot deel van de maag verwijderd en blijft het spijsverteringskanaal verder intact) toegepast. Het gevolg van beide operaties is dat iemand minder kan eten. Bij met name de gastric bypass verandert ook de opname van voedingsstoffen. Een nadelig effect bij de operaties is dan ook dat er micronutriënt-deficiënties kunnen ontstaan. Veel voorkomende deficiënties betreffen ijzer en vitamine B12.

Wanneer naar de diëtist

Een diëtist kan je helpen met de voorbereiding op bariatrische chirurgie, vaak is het nodig om voor de operatie minimaal 3 maanden onder begeleiding van een diëtist een gezond eetpatroon aan te leren. Na de operatie helpt de diëtist je met de overgang van vloeibare- (de eerste dagen na de operatie) naar vaste voeding.

Bron: Nieuws voor diëtisten

Afspraak maken

Categorieën
Nieuws

Sterk bewerkte voeding gaat gepaard met hoger kankerrisico


Sterk bewerkte voeding gaat gepaard met hoger kankerrisico

Een toename van 10 procent in het aandeel van sterk bewerkte voedingsmiddelen in de voeding gaat gepaard met 12 procent meer kans op kanker in het algemeen en 11 procent meer kans op borstkanker. Dit blijkt uit een omvangrijk Frans bevolkingsonderzoek onder ruim 100.000 deelnemers van gemiddeld 43 jaar, die 5 jaar zijn gevolgd. Het is de eerste epidemiologische studie die een verband vindt tussen de mate van bewerking van voeding en het risico op kanker. Het onderzoek is gepubliceerd in British Medical Journal.

Stijging van consumptie
Van koek tot frisdrank en van ontbijtgranen tot kant-en-klaarmaaltijden: de afgelopen tientallen jaren is het aandeel van sterk bewerkte voedingsmiddelen in de voeding dramatisch gestegen, zo schrijven de auteurs. Het aandeel is inmiddels opgelopen tot 25 à 50 procent van de dagelijkse energie-inname in onder meer Europa en de Verenigde Staten. Opvallend genoeg lijkt het probleem in Frankrijk minder groot: recent onderzoek laat zien dat het aandeel van sterk bewerkte voedingsmiddelen daar slechts 14 procent is. En zelfs dan is er dus een verband gevonden met het risico op kanker.

Voedingskundige samenstelling
Het is niet precies duidelijk wat sterk bewerkte voedingsmiddelen ongezond zou maken. De onderzoekers noemen als mogelijke oorzaken de voedingskundige samenstelling: sterk bewerkte voedingsmiddelen bevatten gemiddeld genomen veel verzadigd vet, toegevoegd suiker en zout en weinig vezels en vitamines. Daarnaast kunnen potentieel kankerverwekkende stoffen ontstaan tijdens bewerking van voedingsmiddelen, zoals acrylamide en polycyclische aromatische koolwaterstoffen (PAK’s). Ook de verpakking kan schadelijke stoffen bevatten, zoals bisfenol A.

Additieven
Tenslotte zouden additieven een probleem kunnen zijn. De onderzoekers stellen dat smaakstoffen, kleurstoffen, zoetstoffen en andere additieven vaak aan sterk bewerkte voedingsmiddelen zijn toegevoegd om de smaak te imiteren van onbewerkte of minimaal bewerkte voedingsmiddelen of om een slechte kwaliteit van het product te verhullen. Hoewel ze wettelijk zijn toegestaan, komen er uit laboratorium- en dieronderzoek volgens de onderzoekers soms aanwijzingen voor kankerverwekkende eigenschappen.

Kritiek
Er is ook kritiek op deze studie en vooral hoe het in de media is opgepakt. Zo kopte het Algemeen Dagblad met “Slecht eten zorgt echt voor kanker”, alsof het gaat om een interventiestudie waarin een oorzakelijk verband wordt aangetoond in plaats van om een relatie die voor het eerst gevonden is in een epidemiologische studie. Verder is er kritiek op de gebruikte NOVA-indeling van voedingsmiddelen, die is gebaseerd op de mate van industriële bewerking. Overigens maakt de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) ook gebruik van deze indeling.

Categorieën
Nieuws

Mindfulness vermindert snoepdrang


mindfulness

Mindfulness kan de drang naar eten, alcohol of roken verminderen. Dat blijkt uit een review van de University of London, gepubliceerd in Clinical Psychology Review. De onderzoeker bekeken 30 experimentele studies naar het effect van mindfulness op de drang naar voedsel, alcohol of roken.

Verklaring
De onderzoekers verklaren het effect van mindfulness doordat het werkgeheugen (een deel van het kortetermijngeheugen) wordt beziggehouden door de oefeningen en meditatie. Hierdoor verdwijnt de drang op de achtergrond. Wat dat betreft verschillen mindfulness en meditatie niet van andere strategieën die de geest afleiden, zoals bijvoorbeeld sporten.

Lange termijn
Een klein aantal studies toont vooral veelbelovend resultaat als mindfulness gedurende lange termijn wordt volgehouden. Daaruit blijkt dat niet alleen de drang afneemt in frequentie, maar dat ook de behoefte om op de drang te reageren afneemt. Er is meer onderzoek nodig om dit effect te bevestigen, aldus de onderzoekers.

Bron: Nieuws voor diëtisten

Categorieën
Nieuws

Helft calorieën afkomstig van bewerkte voedingsmiddelen


Bijna helft van calorieën afkomstig van sterk bewerkte voedingsmiddelen

In onze buurlanden wordt bijna de helft van de calorieën geleverd door sterk bewerkte voedingsmiddelen als kant-en-klaarmaaltijden, frisdrank en ontbijtgranen. In Duitsland gaat het om 46,2 procent, in België om 44,6 procent en in het Verenigd Koninkrijk zelfs om 50,4 procent van de calorieën. Dat blijkt uit een inventarisatie in 19 Europese landen. Nederland is helaas niet meegenomen in het onderzoek. Wel is uit ander onderzoek bekend dat 70 procent van het aanbod in Nederlandse supermarkten sterk bewerkt is.

Mediterrane landen scoren beter
Dat het ook gezonder kan, blijkt uit de cijfers van mediterrane landen. Portugal scoort hier het beste: slechts 10,2 procent van de calorieën wordt geleverd door sterk bewerkte voedingsmiddelen. In Italië gaat het om 13,4 procent, in Griekenland om 13,7 procent en in Frankrijk om 14,2 procent.

Significante relatie met obesitas
De onderzoekers ontdekten een significante relatie tussen de bijdrage van sterk bewerkte voedingsmiddelen en obesitas. Na correctie voor onder meer nationaal inkomen, lichamelijke activiteit en roken bleek dat elke 4 procent stijging in caloriebijdrage van sterk bewerkte voedingsmiddelen gepaard ging met een toename van 1 procent in de prevalentie van obesitas.

Promoot onbewerkte voeding
Steeds meer onderzoek laat zien dat consumptie van sterk bewerkte voedingsmiddelen het risico verhoogt op welvaartsziekten. Daarom roepen de onderzoekers op om consumptie van onbewerkte en minimaal bewerkte voedingsmiddelen te stimuleren. Sterk bewerkte voedingsmiddelen zouden minder beschikbaar en duurder moeten worden.

Bron: Nieuws voor diëtisten

Categorieën
Nieuws

Allergische gevoeligheid stijgt met 1 procent per jaar


Allergische gevoeligheid stijgt met 1 procent per jaar

De afgelopen 20 jaar is het aantal positieve allergietesten bij kinderen met allergische klachten gestegen van 41 naar 49 procent. Dat blijkt uit onderzoek van het Isala Vrouw-kindcentrum onder ruim 18.000 kinderen tussen 0 en 17 jaar. Het onderzoek is onlangs gepubliceerd in Pediatric Allergy and Immunology.

Westerse leefstijl
Volgens de onderzoekers verandert het immuunsysteem van kinderen in de loop van de tijd. IgE-antistoffen tegen allergenen als huisstof, pollen, melk en ei worden gemaakt door cellen in het immuunsysteem, die ons normaal gesproken beschermen tegen onder meer wormen en parasieten. Kinderarts Paul Brand van Isala: ‘Maar door onze hedendaagse manier van leven – onze “westerse leefstijl” – komen die infecties veel minder voor dan vroeger. Sindsdien reageert dit deel van het immuunsysteem op prikkels waar het eigenlijk niet op zou moeten reageren. Zo’n 150 jaar geleden bestonden allergieën nog bijna niet. En zou je het bloed bekijken van kinderen in Afrika, dan zou je het ook veel minder tegenkomen. Allergische gevoeligheid is dus een aandoening van deze tijd en van de westerse levensstijl.’

Preventieprogramma nog ver weg
Helaas is niet bekend welk onderdeel van de westerse leefstijl dan verantwoordelijk is voor de toename van allergie. Brand: ‘Daar heb ik geen pasklaar antwoord op. Wat wij wel weten is dat het niet ligt aan de vaccinaties en niet aan luchtvervuiling. Maar wat wel… daar wordt veel onderzoek naar gedaan. Het zal waarschijnlijk een combinatie van veel factoren zijn, waarvan de meeste nog onbekend zijn. Een preventieprogramma zou natuurlijk fantastisch zijn, maar is nog ver weg.’

Bron: Nieuws voor diëtisten

Categorieën
Nieuws

Nieuwe website van RIVM met portiegroottes


Nieuwe website van RIVM met portiegroottes

Portie-online is een nieuwe website met informatie over gangbare maten en gewichten van een groot aantal in Nederland verkrijgbare voedingsmiddelen. Nog niet alle voedingsmiddelen staan erin: Portie-online wordt aangevuld zodra meer informatie beschikbaar is. De gegevens zijn verzameld door Wageningen University & Research, het Voedingscentrum en RIVM.

Voedingsmiddelengroepen
Op Portie-online kun je onder meer zoeken op voedingsmiddelengroep, productnaam en NEVO-code. In de huidige versie (1.1) zijn 13 van de 23 voedingsmiddelengroepen uit de NEVO opgenomen. Voorbeelden van groepen die al gevuld zijn: groenten, fruit, brood, melk(producten), vlees(waren), noten en peulvruchten. Voedingsmiddelengroepen die nog ontbreken zijn onder meer graanproducten, vis, vetten, oliën en hartige sauzen en gebak en koek.

Een paar voorbeelden
Bij sommige voedingsmiddelen staan meerdere maten weergegeven. Zo weegt een kleine appel 85 gram, een middelgrote appel 150 gram en een grote appel 180 gram. In Portie-online staan ook de gewichten van een appel zonder klokhuis (respectievelijk 76, 135 en 162 gram). Bij eieren is er niet alleen een gewicht weergegeven voor small, medium en large (respectievelijk 40, 50 en 60 gram) maar bijvoorbeeld ook voor de hoeveelheid ei op een plakje bladerdeeg (3 gram).

Huishoudelijke maten
Naast gegevens per voedingsmiddel is er ook een aparte lijst beschikbaar met standaard huishoudelijke maten. Denk aan de inhoud van een kopje, glas, schaaltje of lepel. Zo kan er in een eetlepel 12 ml en in een dessertschaaltje 150 ml.

Bron: Nieuws voor Diëtisten

Categorieën
Nieuws

Na bariatrische ingreep 28 procent gewichtsverlies op lange termijn


28 procent gewichtsverlies na een bariatrische ingreep op lange termijn

Minimaal 4 jaar na bariatrische chirurgie is het totale gewichtsverlies gemiddeld 28 procent. De postoperatieve energie-inname is gemiddeld 1550 kcal per dag. Dat blijkt uit onderzoek onder 135 patiënten, uitgevoerd door Wageningen University & Research en Vitalys (onderdeel van Rijnstate Ziekenhuis en één van de grootste klinieken voor bariatrische chirurgie).

Gastric bypass en gastric sleeve

In het onderzoek is ook gekeken naar het effect van verschillende bariatrische ingrepen. Het totaal gewichtsverlies en de postoperatieve energie-inname waren hetzelfde na de gastric bypass en de gastric sleeve. Ook de postoperatieve lichamelijke activiteit was vergelijkbaar na beide ingrepen. Overigens waren patiënten na de operatie niet meer gaan bewegen. Verder was er nagenoeg geen verschil in inname van macronutriënten na de gastric bypass en de gastric sleeve. Wel was de vezelinname significant lager bij gastric sleeve-patiënten.

Focus op minder energie-inname

Uit het onderzoek blijkt dat een groter verschil tussen pre- en postoperatieve energie-inname (logischerwijs) tot een hoger totaal gewichtsverlies leidt. Volgens de onderzoekers is het dus van belang om bij de vóór- en nazorg rondom de operatie de focus te leggen op het verminderen van de energie-inname bij patiënten.

Bron: Nieuws voor Diëtisten