Hmmm, lekker zo’n eitje bij het paasontbijt, en nog gezond ook! Toch? Weet jij hoe gezond eieren nu echt voor je zijn?
Tag: eten
Heerlijke paaseitjes
Speciaal voor Pasen zijn deze Chocolade amandelen bij mij verkrijgbaar. Ook na Pasen kun je je zelf nog een beetje verwennen met dit heerlijke extraatje!
Het kinderdagverblijf is een prima plek om kinderen méér groente en fruit te leren eten. Dat blijkt uit een project van het Louis Bolk Instituut op 7 kinderdagverblijven in de regio Rotterdam en Amsterdam. De groenteconsumptie verdubbelde en de fruitconsumptie nam met 20% toe.
Hogere consumptie
Op de 7 kinderdagverblijven hebben leidsters gedurende 3 maanden extra aandacht geschonken aan groente en fruit, zowel bij baby’s als bij peuters. Bij de start van het onderzoek aten de kinderen gemiddeld 1 portie fruit en 1/3 portie groente. Na afloop aten de kinderen 1,2 portie fruit en 0,66 portie groente.
Fasen
Het onderzoek verliep in 3 fasen: in de eerste fase werden de gewone maaltijden uitgebreid met groenten en/of fruit, in de tweede fase werd een tussendoortje (zoals een soepstengel) vervangen door groenten en/of fruit en in de derde fase werd geëxperimenteerd met nieuwe gerechten, zoals smoothies en soep. Het resultaat was een hogere consumptie zowel in aantal porties als in aantal soorten. Na afloop van het project zakte de consumptie weer in. ’Blijkbaar is blijvende aandacht van leidsters cruciaal om kinderen op het kinderdagverblijf meer groente en fruit te laten eten’, concludeert onderzoeker Marieke Battjes-Fries van het Louis Bolk Instituut.
Kinderdagverblijf
Het kinderdagverblijf blijkt – naast thuis – een geschikte en effectieve plek voor het aanleren van het eten van méér groente en fruit. Zo vertelden de leidsters onder andere: ’De kinderen moesten wel even wennen en wilden de groente soms eerst niet eten, maar nu is het normaal’ en ’De meesten durfden nieuwe dingen te proeven én vinden ze lekker.” Naast ”bijzondere” fruitsoorten zoals ananas en mango zijn op een aantal locaties ook biologische producten meegenomen in het onderzoek. Samen koken, samenwerken met een kok en het introduceren van groente- of fruitthema’s waren succesvol. Meer onderzoek is nodig om te bepalen welke strategie het meest effectief is.
Film
Er is een informatief filmpje over dit project gemaakt. De onderzoeksresultaten zijn beschikbaar op de website van het Louis Bolk Instituut: rapport “Verhogen van groente- en fruitconsumptie“.
De belangrijkste oorzaak van welvaartsziekten? Volgens prof. Jaap Seidell, hoogleraar voeding en gezondheid aan de Vrije Universiteit van Amsterdam, wijzen alle vingers in de richting van “ultra-processed foods”. ‘Zolang dat aanbod niet aan banden wordt gelegd, is het dweilen met de kraan open’, stelde hij op 12 januari tijdens de publiekslezing van de Nederlandse Academie van Voedingswetenschappen (NAV).
Bewerkt voedsel levert 60% van calorie-inname
‘Er is iets fundamenteel mis met onze voeding’, aldus Seidell. ‘Onze basisvoeding wordt zo ingrijpend bewerkt dat er vaak nog alleen maar lege calorieën overblijven. De hoeveelheden natrium en suiker nemen juist flink toe.’ Onderzoek laat zien dat 60% van onze calorie-inname afkomstig is uit snacks, dranken en fastfood. Van de hoeveelheid toegevoegde suikers die we binnenkrijgen, is 90% afkomstig uit deze producten. De toegenomen welvaart heeft geleid tot een enorm aanbod van deze lekkere, makkelijke, goedkope, lang houdbare producten. Dit is waarschijnlijk de belangrijkste oorzaak van de opmars van welvaartziekten. Alle inspanningen van de industrie om “gezondere” producten te maken, zetten wat hem betreft nauwelijks zoden aan de dijk. Deze producten zijn dan misschien wat minder zout of zoet, maar nog steeds veel te veel bewerkt en bovendien relatief duur.
Overheid doet te weinig
Zowel beleid als wetenschap richten zich volgens Seidell nog altijd te weinig op preventie en te veel op de behandeling van mensen met welvaartsziekten of de risicofactoren daarvoor. Jaarlijks worden miljarden uitgegeven aan medicatie, zoals bloeddrukverlagende, cholesterolverlagende, bloedsuikerverlagende middelen en antidepressiva. Maar de overheid neemt veel te weinig maatregelen om de beschikbaarheid van sterk bewerkte ongezonde voedingsmiddelen aan banden te leggen. We worden voortdurend blootgesteld aan de verleidingen van veel en lekker eten. ‘Zolang er nog zo veel snacks en frisdranken aangeboden worden op scholen, in sportkantines, ziekenhuizen en benzinestations is het dweilen met de kraan open.’
Voorlichting bereikt verkeerde mensen
De huidige publieksvoorlichting richt zich te veel op kennisoverdracht en bereikt hiermee vooral mensen met een relatief hoog opleidingsniveau en inkomen. Dit vergroot de sociale verschillen in gezondheid. Seidell: ‘We moeten veel meer aandacht schenken aan persoonlijke mogelijkheden en vaardigheden. Je kan immers blijven roepen dat we meer onbewerkte producten moeten kopen, maar als je niet voldoende geld hebt of niet kunt koken, heeft dat niet veel zin.’
Het onderzoek
In het Britse onderzoek werd onderzocht of het geven van een vitamine D-supplement het risico op een luchtweginfectie verminderde. Daarvoor analyseerden de onderzoekers gegevens uit 25 verschillende studies waaraan in totaal ongeveer 11.000 mensen meededen. De onderzoekers concludeerden dat het geven van een vitamine D-supplement beschermend werkt tegen een acute infectie van de luchtwegen. Bijvoorbeeld bij verkoudheid is er sprake van een acute luchtweginfectie.
Als je de resultaten goed bekijkt, dan zie je dat de verschillende studies die zijn bekeken verschillende resultaten hebben. Sommige studies laten zien dat het risico op infecties vermindert met vitamine D-supplement, andere studies laten geen effect zien. De oorzaak hiervan kan liggen in heel veel factoren. Om er een aantal te noemen: de definitie van acute luchtweginfecties verschilt tussen onderzoeken, soms ontbraken gegevens over medicijngebruik, de dosering vitamine D was steeds anders en studies gebruikten verschillende onderzoeksgroepen: bijvoorbeeld jonge mensen, oude mensen, zieke mensen en mensen met een vitamine D-tekort. Als deze factoren kunnen effect hebben op de uitkomst.
Gezondheidsraad en andere adviescommissies
De gezondheidseffecten van vitamine D zijn de afgelopen jaren door verschillende instanties geëvalueerd om vitamine D adviezen voor de bevolking op te stellen. In Nederland heeft de Gezondheidsraad dat gedaan, in Scandinavië de Nordic Council en in Engeland de SACN (Scientific Advisory Committee on Nutrition). Al deze wetenschappelijke adviescommissies voor voeding concluderen dat het onvoldoende is aangetoond of (extra) vitamine D het risico op infecties vermindert. Dit omdat de resultaten tot nu toe vooral komen uit observationeel onderzoek. In dit type onderzoek kunnen oorzaak en gevolg niet kan worden aangetoond. Bovendien laten studies tot nu toe nog te veel verschillende resultaten zien. Of een vitamine D-supplement helpt om infecties te voorkomen zal eerst op een goede systematische wijze moeten worden aangetoond.
Vitamine D en gezondheid
Vitamine D is vooral nodig voor de opname van calcium uit de voeding in het lichaam. Het is daarom belangrijk voor de groei en het behoud van stevige botten en tanden. Daarnaast is vitamine D nodig voor een goede werking van je afweersysteem. Voor de meeste mensen leveren zonlicht en de voeding voldoende vitamine D.
Groepen mensen die baat hebben bij extra vitamine D
Een aantal groepen krijgt van de Gezondheidsraad wél het advies om vitamine D-supplementen te nemen. Deze groepen krijgen via zonlicht en voeding minder vitamine D binnen dan zij nodig hebben. Het gaat om jonge kinderen, mensen met een getinte huidskleur, mensen die hun huid bedekken, zwangere vrouwen en ouderen. Voor jonge kinderen is aangetoond dat een vitamine D supplement het risico op rachitis vermindert, voor ouderen het risico op vallen en botbreuken. Voor zwangeren vermindert het de kans op een kind met een te laag geboortegewicht.
Volkorenbrood favoriet
Het goede van volkoren
Naast het verkleinen van het risico op hart- en vaatzieken, diabetes type 2 (suikerziekte) en darmkanker leveren graanproducten veel voedingstoffen, zoals vezel, eiwit, B-vitamines en ijzer. Daarom kun je nog wel wat meer volkoren graanproducten gebruiken. Naast volkorenbrood kun je dan denken aan havermout, volkoren pasta en zilvervliesrijst.
Vezels in meergranen-, bruin-, en volkorenbrood
Van vezels krijg je een vol gevoel. Ook zijn vezels goed voor de stoelgang. In volkorenbrood zitten de meeste vezels. Volkorenbrood staat dan ook in de Schijf van Vijf. Meergranenbrood en bruinbrood bevatten niet altijd voldoende vezels. Koop je verpakt brood, dan staat het in de Schijf van Vijf bij een vezelgehalte van 4,5 gram per 100 gram of meer. Dit vind je op het etiket. Wanneer het gaat om volkorenbrood staat dit meestal op de voorzijde van de verpakking. Bij de bakker kun je vragen of er volkorenmeel is gebruikt voor het bakken van jouw favoriete brood.
Hoe is het om een kind te zijn met fors overgewicht? De nieuwe VPRO-serie ”Kiloknallers” laat het zien. In de serie worden 5 kinderen tussen 10 en 12 jaar met obesitas een jaar lang gevolgd. Lieke, Naomi, Nick, Mathilde en Mohamed laten hun leven zien, inclusief hun worstelingen en overwinningen, hun zoektocht naar de feiten en de fabels en het gevecht tegen de vooroordelen. Vanaf 15 januari is Kiloknallers elke zondag om 9.25 uur te zien bij de VPRO op Zapp.
SUCCESVERHAAL VAN MIRIAM
Tentoonstelling: eten in oorlogstijd
Hoe is het om te eten in oorlogstijd? En welke voedingstips uit de tijd van oorlog en voedselschaarste zijn ook nu nog bruikbaar? Je ervaart het tijdens de tentoonstelling ‘Eten in oorlogstijd’, van 15 oktober t/m 28 mei 2017 in het Verzetsmuseum in Amsterdam.
Met onderstaande voucher bezoek je de tentoonstelling met 25% korting. Klik op de voucher, print hem uit en laat deze bij binnenkomst zien.
In de Tweede Wereldoorlog heerste voedselschaarste, vooral aan het einde van de oorlog. Vijf topkoks hebben samen met de conservator van het Verzetsmuseum Amsterdam gerechten gemaakt met de destijds beschikbare producten.
Voedingstips in de oorlog
In de tentoonstelling is daarnaast aandacht voor de oprichting van het ‘Voorlichtingsbureau van de Voedingsraad’ in 1941. Dit is de voorloper van het huidige Voedingscentrum. De Voedingsraad adviseerde huisvrouwen om vlees te vervangen voor bonen- of mosselgehakt. En om groenten kort te koken of rauw te eten om brandstof te besparen.
De raad legde ook uit hoe je voedsel zelf kunt verbouwen en verzamelen. Aan het eind van de oorlog verspreidde de Voedingsraad zelfs recepten voor bloembollen en suikerbieten. Het eten van bloembollen wordt tegenwoordig echter ten strengste afgeraden. Veel oude folders met recepten en tips zijn voor deze tentoonstelling uit de archieven van het Voedingscentrum gehaald.
Test je kennis
Tijdens de tentoonstelling kun je bovendien een quiz spelen met vragen over eten tijdens de Tweede Wereldoorlog. Daarnaast komen in de quiz vragen terug over actuele kwesties op het gebied van duurzaamheid en gezondheid.
75 jaar voedingsvoorlichting
Deze tentoonstelling sluit mooi aan bij 75-jarig bestaan van voedingsvoorlichting in Nederland, wat het Voedingscentrum eerder dit jaar vierde. Hoewel de omstandigheden en het voedselaanbod in 1941 compleet anders zijn dan nu, zijn sommige voedingstips van toen nog steeds actueel. Zo raden we ook nu een meer plantaardig en minder dierlijk voedingspatroon aan.
Wereldwijd zijn er meer mensen met overgewicht dan met ondergewicht. Dit blijkt uit een metastudie in The Lancet met 19,2 miljoen deelnemers uit 186 landen. De laatste 40 jaar is de prevalentie van obesitas schrikbarend toegenomen. Je ziet dat heel goed op deze interactieve kaart. Nederland komt er nog redelijk vanaf, als je ons land vergelijkt met bijvoorbeeld de Verenigde Staten en tal van niet-Westerse landen. Gemiddeld heeft een volwassene van vandaag 3 keer zoveel kans obees te zijn als een volwassene van 1975.